De rectus capitis lateralis bestaat uit een gepaarde spier in de bovenhals onder de achterkant van het hoofd aan elke kant. Ze zijn verantwoordelijk voor het regelen van bewegingen wanneer het hoofd naar een van beide zijden kantelt. Deze beweging wordt ook wel 'laterale flexie' genoemd.
Het ene uiteinde van de spier hecht zich aan het transversale proces aan de zijkant van de C1-wervel (de bovenste wervel van de wervelkolom) en reist vervolgens naar de basis van de schedel. Het andere uiteinde van de spier hecht zich aan het halsaderproces aan de onderkant van de schedel, een botgebied dat uitsteekt in de buurt van waar de wervelkolom zich aan de schedel hecht.
De voorste primaire rami van C1 en C2 zorgen voor de zenuwtoevoer naar de spier. De cervicale slagader brengt zuurstofrijk bloed naar de spier.
Als de C1-wervel niet goed is uitgelijnd of als de nek in dat gebied zacht is, wordt een medisch onderzoek geadviseerd. Zachte palpatie en een bewegingsbereikcontrole op het gebied zijn meestal voldoende om spierspanning te diagnosticeren. Palpatie is een proces waarbij een medische professional haar of zijn handen gebruikt om het lichaam te voelen en te onderzoeken. Het is onwaarschijnlijk dat de arts de spier direct zal lokaliseren, maar het omliggende weefsel zal druk uitoefenen op de rectus capitis lateralis-spier, waardoor de patiënt wordt gewaarschuwd voor pijn. Pijn die verband houdt met deze spier komt meestal diep in het nekweefsel voor, net onder de schedelbasis.