De soleus is de plantaire flexorspier van de enkel. Het is in staat krachtige krachten uit te oefenen op het enkelgewricht. Het bevindt zich aan de achterkant van het onderbeen en is afkomstig van het achterste (achterste) aspect van de fibulaire kop en de mediale rand van de scheenbeenschacht.
De soleusspier vormt de achillespees wanneer deze in de gastrocnemius aponeurose wordt ingebracht. De scheenbeenzenuwen S1 en S2 innerveren het; arteriële bronnen omvatten de sural, peronial en posterieure tibiale slagaders.
De soleusspier wordt voornamelijk gebruikt om tijdens het lopen van de grond te komen. Het kan worden uitgeoefend door middel van verhogingen van het kalf tijdens het opstaan of zitten. De soleus is van vitaal belang voor alledaagse activiteiten zoals dansen, hardlopen en wandelen. De soleusspier helpt de houding te behouden door te voorkomen dat het lichaam naar voren valt.
De soleus maakt ook deel uit van de skeletspierpomp, een verzameling spieren die het hart helpen het bloed te laten circuleren. Aderen in de spieren worden samengedrukt en gedecomprimeerd terwijl de spieren eromheen samentrekken en ontspannen. Dit helpt bij veneuze terugkeer van bloed naar het hart.