De groep botten die de achterkant van de voet en de enkel vormen, worden de tarsale botten genoemd. Het kubusvormige tarsale bot bevindt zich in het midden van de voet, aan de buitenkant. De spijkerschriftvormen zijn drie botten die direct achter de middenvoetsbeentjes liggen, de botten die naar de botten van de tenen leiden. Vezelige banden die de dorsale (bovenste) oppervlakken van de balk verbinden, worden het dorsale cuneocuboïde ligament genoemd. Dit ligament verbindt ook de laterale (zij) oppervlakken van spijkerschriftbotten. Het dorsale cuneocuboïde ligament ondersteunt de gewrichten van de voet.
Het dorsale cuneocuboïde ligament stabiliseert het bovenste deel van de balk. Dit wordt het dorsale aspect van de balk genoemd. De tarsometatarsale ligamenten en dorsale cuboideonaviculaire ligamenten helpen ook om de balk te stabiliseren.
Cuboid syndroom en terugkerende enkelverstuiking zijn vaak het gevolg van problemen met het dorsale cuneocuboïde ligament. Bij deze verwondingen wordt het dorsale cuneocuboïde ligament geroteerd of gespannen. Als het dorsale cuneocuboïde ligament slap wordt, is de kans groter dat verwondingen zoals verstuikingen, tranen of breken optreden. Om letsel aan het dorsale cuneocuboïde ligament te voorkomen, kunnen oefeningen worden voltooid als onderdeel van fysiotherapie. Dit kan ook worden gedaan na een blessure of operatie om het ligament te herstellen.