De distale vingerkootjes (voet) bevinden zich aan het einde van elke teen. Elk cijfer bestaat uit drie falangeale botten, die met elkaar buigen in buiggewrichten. De distale vingerkootjes komen aan het einde, net onder de teennagel.
De distale vingerkootjes articuleren met de tussenliggende vingerkootjes, die zijn verbonden met de proximale vingerkootjes. Die botten verbinden op hun beurt met de middenvoetsbeentjes van de voet.
De teenbotten in de voet zijn vergelijkbaar met die van de vingers van de hand. Zowel de hand als de voet bestaan immers uit vijf cijfers in totaal. De vingerkootjes van de voet vertonen echter subtiele maar duidelijke verschillen. De hand heeft een duim, die structureel anders is dan de vingers. De grote teen van de voet is structureel hetzelfde als de andere tenen. Vingerbotten zijn meestal langer, terwijl de teenbotten platter en stugger zijn.
De distale vingerkootjes bieden een thuis voor zowel de teennagel als het vlezige kussentje aan de onderkant van elke teen. Omdat ze aan het einde van de teen komen, worden ze soms de terminale vingerkootjes genoemd.